Mexicaans Dagboek
MAANDAG 3 NOVEMBER
Tuxtla de Gutiérrez is een stad van de Mexicanen. Een half miljoen inwoners, en misschien drie bars. Geen toeristen, behalve ik dan. De stad van de toekomst, staat op het foldertje dat ik in het toeristenkantoor kreeg uitgereikt, met ‘tal van architectonische hoogstandjes’. Het is een moderne stad, zonder bedelaars, want bij de Mexicanen zelf is toch niet veel te halen. Veel winkels, gespecialiseerd in kleren, cd’s en cassettes, mobiele telefoons en tafelservies. Er zijn combi drogisterijen/supermarkten die 24 uur per dag open zijn en er zijn juicebars en gezondheidswinkels. De kerk die doorgaat voor een kathedraal is een modern glanzend wit gebouw dat schel afsteekt tegen de blauwe lucht daaromheen. De architectuur doet me denken aan de voor ‘modern’ doorgaande gebouwen uit de DDR-tijd. Veel beton, vierkant, groot en protserig. Alleen de grijze buitenkant is vervangen door een likje geel, blauw of rood. Daardoor heeft het ook een eigen stijl. Mijn hotel is ook een betonnen misbaksel uit de jaren zestig in een variatie van kleuren, maar daardoor heeft het ook iets grappigs. Oude tijden herleven, er is een piccolo, de lift doet vijf minuten over twee etages en het restaurant zit vol met lokale bureaucraten. Ik begon langzamerhand van deze stad te houden. De stad is een soort van authentiek, verstoken van alle toeristische bullshit. Er lopen geen mannen met sombrero’s rond en niemand, maar dan ook werkelijk niemand, spreekt iets anders dan Spaans. De musea zijn gesloten en ook de dierentuin is dicht vanwege een jarenlange renovatie. De stad streeft naar een hoopvolle toekomst, vol met jonge mensen, studenten en universiteitsboekwinkels. De stad die graag modern wil zijn, maar momenteel te lijden heeft onder de moeilijke economische tijden. In het restaurant ‘s avonds was ik de enige klant, alle restaurants naast mij in die straat hadden lege tafeltjes. De bankjes in het park zaten vol met jonge Tuxtlanen die dáár hun vertier zoeken. Bij het gratis openluchtconcert later op de avond was het tjokvol. Een band van saxofonisten en xylofonisten speelde er ritmische Mexicaanse muziek. Koppeltjes gingen spontaan dansen buiten voor en rond het podium. De oudjes begonnen, de jongeren volgden. Deze mensen hadden de tijd van hun leven, en hebben geen bioscoop of bar nodig om zichzelf te vermaken. Het ontroerde me. Ik geloof dat Tuxtla in zekere zin het prototype is van de stad van de toekomst. Níet vanwege de architectuur, maar vanwege de mensen. |