Amsterdam, 28 juli 2015 – Ga je wandelen of bergbeklimmen in Zuid-Tirol, dan kun je en passant nog even een ‘cultureel uitstapje’ maken en een museum meenemen. De Italiaanse bergbeklimmer Reinhold Messner heeft in de Italiaanse Dolomieten op grote hoogte zes musea opgezet die zich allemaal op verschillende manieren bezighouden met de berg, de bergsport en de bergvolken.
In juli ging de laatste vestiging open van het Messner Mountain Museum, in Corones op een hoogte van 2275 meter. Je leert er alles over de disciplines en tradities van het bergbeklimmen en de geschiedenis van de Alpen. Je hebt er ook een prachtig uitzicht op de Dolomieten. Het museum, ontworpen door de beroemde Britse architecte Zaha Hadid, is op zichzelf al een opvallend gebouw. Het loopt door het topje van een berg, met een deel onder de grond. Het is alleen per kabelbaan te bereiken.
Het eerste Mountain Museum is ingericht in kasteel Juval, de woning van Messner. Het thema daar is de ‘religieuze betekenis’ van bergen, met onder meer een collectie schilderijen van de heiligste bergen in de wereld. Rondom is een kleine dierentuin met bergdieren aangelegd. In Monte Rite, op 2181 meter hoogte, ligt een museum dat gaat over de ontdekking van de Dolomieten door wetenschappers en bergbeklimmers. Het ligt bijna letterlijk tussen de wolken en is al spectaculair vanwege het 360° panoramische uitzicht. Het museum in Sulden am Ortler is helemaal gewijd aan ijs en gletsjers. Het ligt op een hoogte van 1900 meter, maar wél onder de grond.
Messner (1944) is bij leven al legendarisch te noemen: hij is de eerste bergbeklimmer ter wereld die alle veertien pieken boven de 8000 meter heeft bedwongen. Zijn museumproject noemt hij de ‘vijftiende beklimming boven de 8000 meter’. Al zijn bergmusea in Italië zijn dagelijks open van 10.00 tot 16.00 uur, al zijn ze niet altijd even makkelijk te bereiken. Meer informatie over het laatste levenswerk van Messner vind je op www.messner-mountain-museum.it
