Manneken Pis, Brussel

Het is niet bekend of de gemeente er nu echt blij mee is, maar Manneken Pis is ongetwijfeld een van de bekendste bezienswaardigheden van Brussel. Het bronzen beeldje van het naakte plassende jongetje werd in 1619 gemaakt in opdracht van het stadsbestuur en siert sindsdien een fontein in de hoofdstad van België.

Elke dag staan er drommen toeristen schaapachtig te kijken naar het 58 centimeter hoge beeldje van de kleine jongen die onafgebroken zijn ‘urine’ loost in een bassin. Weinig fonteinen in de wereld staan zo vaak op een selfie als Manneken Pis. In de loop der eeuwen is het plassende ventje uitgegroeid tot de belangrijkste mascotte van Brussel. Als je het eigenaardige beeldje niet hebt gezien in de stad, heb je toch eigenlijk wat gemist!

Geschiedenis van Manneken Pis

Er doen talloze legenden de ronden over het ontstaan van Manneken Pis. Het zou een verwijzing kunnen zijn naar een jongetje die Brussel lang geleden redde van de ondergang. De vijand zou de stadsmuren willen opblazen met buskruit. Dit kleine jongetje moest ‘s nachts heel dringend plassen en stuitte toen op een brandende lont. Snugger als hij was, plaste hij op de lont, waardoor deze uitdoofde.

Volgens een andere legende speelde het jongetje in de straten van Brussel, toen hij opeens heel nodig moest plassen. Hij plaste tegen de deur van een oud huis waar een heks bleek te wonen. Uit woede over het urineren tegen haar deur, sprak zij een spreuk uit waardoor het jongetje voor eeuwig zou blijven plassen. Een buurtbewoner pikte dit niet, en verving het jongetje door een bronzen beeldje dat hij toevallig bij zich droeg.

Het meest saaie verhaal is misschien wel het meest aannemelijk: Manneken Pis speelde vroeger een essentiële rol in de drinkwatervoorziening van Brussel. De verhalen over Manneken Pis gaan al terug tot de 14e eeuw. Feit is in ieder geval dat het huidige bronzen beeldje gemaakt is door de Brusselse beeldhouwer Hiëronymus Duquesnoy de Oudere (1570-1641). Ooit was het jongetje met wat trots omgeven, maar tegenwoordig is Manneken Pis vooral een symbool van zelfspot en onbenulligheid voor de Brusselaars.

Manneken Pis bezoeken

Je vindt Manneken Pis op de hoek van de Stoofstraat en de Eikstraat in Brussel, een klein eindje lopen van de Grote Markt. Dit is trouwens niet het originele beeldje. Manneken Pis is de afgelopen eeuwen zo vaak gestolen, beschadigd en beklad, dat het Brusselse stadbestuur in 1966 besloot om een replica te maken. Het origineel staat sindsdien in het Museum van de Stad Brussel aan de Grote Markt, veilig in een glazen vitrine.

Misschien kom je net langs op een moment dat Manneken Pis een kostuum aan heeft. Het aantrekken van een pakje is een traditie die al in 1698 begon. Bij speciale gelegenheden en festiviteiten krijgt Manneken Pis een speciaal kostuum aangemeten. Zo droeg het jongetje als eens een outfit van Elvis Presley, van het Belgische voetbalelftal en van Sinterklaas.

Nu krijgt de beroemde Brusselaar 20 tot 30 keer per jaar een bijzonder kostuum. Een medewerker van de gemeente Brussel is speciaal belast met deze taak, zodat het jongetje aangekleed nog steeds zijn plasje kan doen. In totaal heeft Manneken Pis al meer dan 1000 verschillende kostuums gedragen. Hiervan zijn 150 uitzonderlijke outfits te bewonderen bij Garderobe Manneken Pis (www.mannekenpis.brussels), vlakbij de fontein. Op speciale dagen wil het jongetje ook nog weleens bier of wijn plassen.

De laatste jaren zijn in Brussel nog twee varianten van Manneken Pis in het straatbeeld verschenen. In 1987 werd in de doodlopende Getrouwheidsgang Jeanneke Pis geplaatst, een beeld van een plassend meisje. Het was een initiatief van de lokale horeca om meer klanten te lokken. In 1998 kwam daar Zinneke Pis bij. Dit is een beeld van een hond die tegen een paaltje plast, te vinden in de Kartuizersstraat.

Voor het laatst bijgewerkt op 11 augustus 2022. Als je aanvullingen, tips of opmerkingen hebt over het bezoeken van Manneken Pis in Brussel, kun je dat laten weten via het contactformulier. Foto’s © Shutterstock.com; VisitBrussels/Jean-Paul Remy.